Hoeveel jaar is het
geleden dat ze nog door deze bossen is gefietst?
Onvermijdelijk dwalen haar
gedachten af naar de overdonderende liefde die ze hier beleefde. Lang
geleden. Hoe ze hals over kop verliefd werd op een man die zo anders
was dan zij. Haar oerman. Puur. Niet geschonden door een teveel aan
opleidingen en vergaderingen. Een man voor wie een kat een kat is.
Gevoelig, dat wel. Een
zuivere gevoeligheid. Ze smolt in zijn handen.
De enige man waar ze ooit
tegen zei: “Met jou word ik oud.” Nooit had ze dat tegen
iemand durven zeggen.
Op het toppunt van de
passie verklaarde hij zijn diepe liefde : “ Ik zag direct dat
jij een sterke vrouw was, en ik dacht : daar ga ik mijn karretje
achter hangen!”
Daarmee was zijn
doodvonnis getekend, na amper dertig liefdesdagen.
Met die zin bevestigde hij
wat ze met alle macht in haar achterhoofd probeerde te negeren. Een
achter zich aan hobbelende man bliefde ze niet.
De reactie van haar
vriendinnen op die losgeslagen passie had haar eigenlijk al
verwittigd: “Nooit iemand een kans ontzeggen.” “Het proberen
waard.” “Ben je niet bang dat...” Een goed verstaander heeft
niet meer nodig.
Maar liefde maakt potdoof.
Alzo mijmerend fietst ze
verder door dit prachtig gebied dat ze sindsdien nooit meer bezocht.
Ze passeert een groepje wandelaars. Haar ogen kruisen een fractie die
van een stapper. Hij slaat direct de ogen neer en het is daardoor dat
ze hem herkent. Er gaat een schok door haar heen. Hij kijkt niet meer
op. En zij fietst door. Omdat alleen 'dag' banaal weinig is, en er
eigenlijk niet méér te zeggen valt.
Ze had niet gedacht dat ze
hem ooit zo zou kunnen voorbijfietsen. Maar het was een man voor de
liefde, niet voor de vlotte babbel met een oude bekende.
In die ene glimp hebben ze
elkaar voor altijd herzien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.