Pagina's

05 juli 2017

mild




Ze nam zich voor elke avond aan mindfulness te doen. Om dichter bij zichzelf te komen. Te blijven. Zodat haar gedachten niet meer als ongeleide projectielen haar leven in alle windrichtingen zouden duwen. Er wat meer standvastigheid zou komen. Wat meer rust.

De eerste avond was ze te moe. Ze zou het morgenvroeg doen. Voor ze naar het werk ging. Het zou bij de nieuwe frisse dag haar geest scherpen en haar gemoed tot rust brengen. En dat kon toch beter ’s morgens voor het werk dan 's avonds voor het slapen gaan?

Ze downloadde een sessie van een kwartier op haar smartphone. Voilà. Goed voorbereid voor de volgende ochtend, kon ze zonder gewetensbezwaar nog even in de zetel hangen...

“Waarom staat de wekker zo vroeg?”, dacht ze met enige ergernis aan haar stomme zelf. Ah ja, natuurlijk, mindfulness.
Ze had zich gisterenavond voorgenomen om dat zittend in de zetel te doen, maar nu herinnerde ze zich dat je het zittend of liggend mag doen...en ze lag nog zo goed in dat zachte warme bed. En was mindfulness ook niet mild zijn voor jezelf? .

De warme stem klonk uit haar smartphone terwijl ze zich, helemaal naar de instructie van de mindfulnessman, comfortabel uitstrekte. Ze liet zich vertellen dat ze zichzelf niet moest veroordelen. Dat, als haar gedachten afdwaalden, ze dit gewoon moest constateren en dat ze dan naar de gewenste focus moest terugkeren. Zonder kwaad te worden op zichzelf. Mild.

Ze zou het goed doen. “Hoe voelt je lichaam nu?” Niet slecht, dacht ze, misschien nog een beetje moe... maar voor de rest wel oké...shit!! de was!!! Ze had gisteren een machine ingestoken en had die nog niet uitgehangen. Dat mocht ze seffens niet vergeten. Verdomme, haar gedachten waren al op eigen benen aan het rondtoeren....komaan zeg, terug naar je lichaam. Ah ja, euh mild, niet te veeleisend zijn voor jezelf. Gewoon mild terug naar je lichaam.

Ze mocht ook niet vergeten langs de apotheker te gaan, van lichaam gesproken...nee, nee, focus...focus op je lichaam. Verdomme, zo moeilijk kan dat toch niet zijn.
Mild, mild, het is niet erg.

“En hoe voelt je geest zich?”, is de volgende vraag. Mijn geest, ja, dacht ze, die kan wel een opfrisser gebruiken. Waarom doe ik dat hier denk je? “Welke gedachten gaan er door je geest? Kijk ernaar alsof je een buitenstaander bent.” Leuk spelletje, dacht ze.

Mild was het woord niet dat ze zichzelf toeriep toen ze met een schok wakker werd. Een tiental minuten nadat ze gemindfulnesst, gedoucht en met een dosis koffie in de maag naar het werk zou moeten vertrokken geweest zijn. Om aan de was in de machine nog maar even niet te denken.



11 februari 2017

pauze



Laatst was het weer zover. Een vriendin die bijna in tranen uitbarstte bij het idee dat het vanaf nu altijd anders zou zijn. Minder. Na alles wat ze al had doorgemaakt. Nu dit nog. En nee, er was haar geen onrecht aangedaan door een man die uit haar leven was gestapt, of een geweldige job die ze kwijt was. Ze besefte alleen dat ze in de menopauze zat. Of, correcter, eindelijk besefte ze dat het dàt was wat haar leven de laatste tijd tot een hel maakte. Niemand die haar had verwittigd. Waarom heeft niemand iets gezegd? Zij is toch niet de eerste vrouw die die hierdoor moet?
Toen ik zelf in die rollercoaster zat had ik me heilig voorgenomen erover te schrijven. Het taboe te doorbreken. In plaats van het proberen te verbergen.
Want elke vrouw moet voor deze venijnige staart verwittigd worden. Zodat ze beter gewapend is. En als het zover is moet ze beschouderklopt en geknuffeld worden. En getroost. Dat het niet voor altijd is dat ze zich tien jaar ouder voelt dan haar officiële leeftijd. Dat ze zich daarna gewoon terug haar eigen ik zal voelen, zonder zich af te vragen wie die rare vrouw is die altijd zo giftig doet, niet om aan te zien is en als een tweejarige jankt als haar boterham met de verkeerde kant naar onder valt. Die een huid heeft die plots verschrompelt, inclusief de vroeger zo geëerde vrucht, die alle sappigheid verliest en als vuurrood door de zon verbrand vel voelt bij de geringste aanraking. En terwijl ze zo probeert te vermageren, de kilo’s niet kan volgen die erbij komen als een te hard opgeblazen zwemband rond het middel. Die terug zo onzeker is dan tijdens haar puberjaren en ervan overtuigd is dat ze met stip de lelijkste van de bende is. Die vreest dat haar vriend op een jonger exemplaar zal vallen. Ook hij moet het immers stellen met dat oud kreng. Daarbij drijft hij ‘s nachts mee weg op die zee van zweet die vroeger door golven passie werd gevormd maar nu zonder bijgaand plezier het bed bevochtigt. En ik heb het dan nog niet over de ontregelde thermostaat die haar gezicht op de meest ongelukkige momenten in een tomaat verandert en haar lijf doet stomen tot ze er onpasselijk van wordt. En de schaamte daarover, de schaamte over elke vochtige plek die ze nalaat als ze haar hand ergens wegneemt of van een stoel opstaat. Om nog maar te zwijgen over haar ieler wordend haar waarvan een deel ‘s morgens in trieste draden op haar hoofdkussen blijft liggen als zij opstaat. Ze doet verwoede pogingen om zichzelf te ontlopen, ze heeft niks met dat vervelend mens, ze wil ervan af.

Ik ging erover schrijven en ik heb het niet gedaan. Shame on me.
Dus bij deze, voor alle vrouwen die het nog niet weten: het enige voordeel is dat je stopt met bloeden en je dus niet meer moet afvragen of je tampons bijhebt en of je die vergadering nog wel tot de koffie kan uitzitten zonder gevaar op lekken. Voor de rest is er dus echt niks gezelligs aan. 

Maar het betert. Plots zal je beseffen dat je weer grapjes kan maken en terug energie krijgt, weer aanpassende kleren kan dragen en wel eens een dag zonder thermische ongelukjes leeft. Je schrikt niet meer telkens van die vrouw die op je af komt als je naar de spiegel stapt en je vindt soms terug dat iets ‘je wel past’. Je kan weer gelukkig zijn met een sneeuwbal in je nek en je kan al eens gewoon smakelijk eten zonder daarvoor afgerekend te worden op de weegschaal. Je wordt je lichaam weer wat de baas, en je kan er terug van (laten) genieten. Dus, hou vol, dames.

En aan alle anderen: Laat je menopauzale vriendinnen huilen, zeuren en blazen, luister naar hen als naar opstandige pubers en knik begrijpend. Troost.  Omarm.
Maar vooral: laat ons erover praten, weg met het taboe.