Pagina's

10 juni 2012

tweede liefde


Dit is voor altijd”. Hij zegt het rustig, alsof het vanzelfsprekend is.
Het meisje ontspant zich in zijn armen.
Ja”, zegt ze. Het is nauwelijks hoorbaar.
Dan is het een hele tijd stil.
Stop de tijd!” wil ik roepen, maar dan zou ik hen storen.

De eerste keer. De oneindige liefde. Onoverwinnelijk. Samen kunnen ze elke tegenslag het hoofd bieden. Nu nog.
Want ze weten nog niet dat eeuwig soms tijdelijk kan zijn, vooral in de liefde. Alleen de dood is voor altijd.
Het is de eerste keer en hoe zouden ze zich moeten voorstellen dat zo iets moois en puurs kapot kan gaan.

Maar liefde is zo berekenbaar als het weer. Even onverwacht als de zon, komen de wolken. En in het slechtste geval ploft de geliefde met een rotsmak van zijn piƫdestal. Niks onaantrekkelijker dan hem onelegant zijn wonden te zien likken. Zich daarbij in niets meer onderscheidend van de gewone sterveling. Alleen wat naakter in zijn onvolmaaktheid.
Dan weet je: het is over. The point of no return. Want hoe harder hij zal proberen om het vuur weer aan te wakkeren, des te dieper zinkt hij weg in het moeras van de nakende liefdesbreuk. Geen redden meer aan.

Liefdesverdriet is rauw en vlijmscherp en achtervolgt je als een pitbull. Het mes in je borst wentelt rond zonder de uitgang te vinden. Elke herinnering een pijnlijke steek.
Liefst zou je weglopen van jezelf, of ten minste elke dag een uurtje pauze krijgen van deze kwelling.
Je leven is over zijn hoogtepunt, zo goed als gisteren kan het nooit meer worden. De wereld hult zich in schemering. Je bent in een zwart-witfilm beland.

Voorzichtig raap je de scherven bij elkaar. Met de moed der wanhoop overleef je verder, niet begrijpend waar de mensen om je heen zich zo vrolijk om kunnen maken. Het leven is geen lolletje.

En dan gebeurt het! Een nieuwe liefde kruist je pad. Wat je dacht nooit meer te voelen is er weer, en ook dit voelt eeuwig. Alleen, nu weet je: 'tot de dood ons scheidt' is een zoete wens, geen belofte. Bovendien ken je de prijs van het risico. Je weet dat je geliefde je kan breken, en dat herlijmen littekens laat. En dat je ook dat weer zal overleven. Maar in al die kwetsbaarheid zet je toch je hart weer open. En dat, juist dat vind ik zo mooi aan de tweede liefde.