Het glas bier staat op een
viltje voor hem op tafel. Zijn ogen en mondhoeken hangen diep door.
Hij kijkt niet rond, maar voor zich uit. Alsof er maar één punt is
in dit café. Daar richt hij de ogen op, net boven het leesbrilletje,
dat werkloos op zijn neus hangt: de krant is al gelezen. Van voor
naar achter. En nog eens in de omgekeerde richting.
Soms verplaatst hij zijn
armen. De handen voor de mond samengevouwen, op de ellebogen
steunend. Of beide armen plat op tafel, één hand losjes over de
rand hangend. Maar onveranderlijk die troosteloze hondenblik.
Af en toe een nipje van
het bier. Spaarzaam, tellend hoeveel slokken de dag nog brengt en hoe
hij die best verdeelt. Een slok om de vijf minuten wordt al snel zes
biertjes op een namiddag. En hoe meer biertjes in zijn bodemloze
tristesse vallen, hoe sneller de slokken elkaar opvolgen. Vertel hem
wat.
Zijn waterige ogen dromen
weg naar zijn woonkamer, waar de laatste warme adem van zijn vrouw vervlogen is toen. Kinderen hebben ze nooit gehad. Die kan hij
logischerwijs dan ook niet missen. De stoof naast zijn fauteuil die
de temperatuur in de kamer doet stijgen, maar niet de warmte in zijn
botten. Die is verdwenen met het schrijnende verdriet dat hij had.
Alles had hij er voor over om dat vreselijke gemis te stoppen. Niets
hielp. En toch is het met de tijd verdwenen, dat mes in zijn hart.
Er is alleen weinig
overgebleven. Een droeve gelatenheid duwt hem door de dagen. 's
Morgens ontbijt hij in de Lunch Garden, en wandelt vervolgens naar
dit café. Of naar dat andere, dat ook soms. De tijd passeert.
Af en toe knikt hij wel
naar andere vaste klanten, en de dienster doet al eens een praatje.
“Alles goed, Louis?” “Zoals gewoonlijk,” zegt hij dan, zijn
stem wat hees in gang trekkend, en zowel op zijn gemoed als op de
Gouden Carolus doelend. Ze begrijpt hem wel.
Er is maar één ding waar
hij soms nog op hoopt: dat hij hier in het café, na een paar weken
afwezigheid, een volle dag over de tongen mag gaan, die dag dat ze
zijn foto in de krant herkennen bij het interview met de buren die
hem een aangename maar stille man vonden, maar al gemerkt hadden dat
er de laatste dagen een penetrante geur uit zijn appartement kwam.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.