Er wordt wat
afgescheiden tegenwoordig. Vroeger was het een spijtige, ietwat
schandelijke uitzondering, maar tijden veranderen. Kinderen vragen
elkaar nonchalant of hun ouders al apart wonen, de belastingaangifte
heeft zich aan het verschijnsel
aangepast, en je kan de optie op elk officieel formulier aankruisen.
Het grootst aantal
scheidingen vinden we echter bij sokken. Je haalt ze als paar uit de
kast, draagt ze als koppel aan je voeten en mikt ze samen in de
wasmand. En toch. Na het wassen vind je wel Adam, maar Eva is in geen
velden of wegen te bekennen. Alles proberen ze om elkaar te ontlopen:
onder het bed kruipen, in schoenen en broeken blijven hangen, zich in
de pluizenfilter van de wasmachine nestelen.
Soms helpt het
gewoon te wachten tot de volgende wasbeurt. In het beste geval denkt
Eva dat de kust vrij is en geeft ze toch weer acte
de présence, en
kan je hen weer samenvouwen in gedwongen huwelijk.
Maar er is een nog
mysterieuzer fenomeen. Soms komt de tweede sok namelijk gewoon niet
terug. Weg. Voor altijd. Hoe kan dat toch? Ik vind er geen plausibele
verklaring voor. Ze gaan schijnbaar gewoon ergens anders wonen.
Er is natuurlijk een
simpel trucje: Je plooit de sokken na gebruik weer samen en deponeert
ze zo in de wasmand. Maar dan haal ik ze gegarandeerd als natte bol
uit de droogtrommel. Wegens vergeten los te maken bij het wassen.
Niks voor mij.
Uiteindelijk heeft mijn
empathisch vermogen mij naar de oplossing geleid. Sokken zijn
blijkbaar niet zo monogaam. Dus koop ik ze tegenwoordig per tien
gelijke paren. Het levert een commune op met twintig lukraak te
koppelen exemplaren. Dat onderling gewissel bevalt hen blijkbaar.
En gaat er dan toch eentje
de hort op, dan wacht de vrijgezelle sok gewoon tot de volgende
mysterieuze verdwijning, en er kan weer gekoppeld worden.
Daar is over nagedacht. Al
zeg ik het zelf. Zou ik een patent nemen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.